Makkum – Vijf jaar na de diefstal zijn twee waardevolle stukken Makkumer aardewerk onverwacht teruggekeerd naar de Van Doniakerk in Makkum.
De vondst werd donderdagochtend gedaan: twee tassen stonden opeens voor de ingang van de kerk. In de tassen zaten een sierlijk wandbord en een kan die deel uitmaakt van een avondmaalstel – voorwerpen die in 2020 uit de kerk werden ontvreemd
Douwe Pals, secretaris van Stichting Van Donia, ontdekte de mysterieuze tassen. Eén kwam van Albert Heijn, de ander van Intersport. Toen hij erin keek, herkende hij meteen de gestolen objecten. “Ik stond perplex,” vertelt hij. “Het ging om het herdenkingsbord en de avondmaalskan die jaren geleden verdwenen waren.”
De diefstal vond plaats in september 2020. Pals was destijds degene die als eerste ontdekte dat er was ingebroken. Naast het aardewerk werd ook een bijbeltje van dominee Theodorus à Brakel meegenomen. Deze predikant diende in de zeventiende eeuw de gemeenten Makkum en Cornwerd. De politie werd destijds ingeschakeld en er werd aangifte gedaan.
Het wandbord, dat een afbeelding toont van de karakteristieke kerk van Makkum, dateert uit 1960. Het werd geschonken ter gelegenheid van het 300-jarig jubileum van het kerkgebouw. Sinds 2020 is het kerkgebouw in beheer van Stichting Van Donia en doet het dienst als cultureel centrum.
De kan werd later vervaardigd, rond Pasen 1995, en maakte deel uit van het avondmaalstel van de Hervormde Gemeente. “Hij stond altijd op de liturgietafel,” zegt Pals. Op de kan prijkt een voorstelling van het Laatste Avondmaal, met een verwijzing naar het evangelie volgens Matteüs.
Waarom juist deze voorwerpen werden gestolen, blijft voor Pals een raadsel. Maar de timing van de terugkeer noemt hij opvallend. Sinds woensdag is in de kerk een grote tentoonstelling van Makkumer aardewerk te bezichtigen, die officieel op 5 juli opent. “We hebben er veel aandacht aan besteed, onder meer via posters en sociale media. Misschien heeft iemand berouw gekregen en besloten het alsnog terug te brengen.”
De tentoonstelling toont zo’n vierhonderd stukken uit de collectie van twee Makkumers, grotendeels vervaardigd door Koninklijke Tichelaar. De expositie blijft tot 12 september open voor publiek. Pals vermoedt: “Wie het ook was, wellicht vond diegene dat deze stukken op de tentoonstelling niet mochten ontbreken.”
