Ameland – Deze week start Rijkswaterstaat opnieuw met het inzaaien van zeegras in de Waddenzee. De focus ligt dit jaar op het vergroten en versterken van de zeegrasvelden bij Griend en Ameland.
Met als doel een zelfvoorzienend ecosysteem te creëren. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar klein zeegras (Zostera noltii).
Versterking van Groot Zeegras
In de afgelopen jaren is veel kennis opgedaan over groot zeegras (Zostera marina). Dit jaar ligt de nadruk op het versterken van de bestaande zeegrasvelden, met name ten zuiden van Ameland. Hier hebben de proefvelden zich de afgelopen jaren positief ontwikkeld. Voor het inzaaien van de zaden wordt gebruikgemaakt van een aangepaste kitspuit en een handaangedreven zaaimachine.
Nieuwe Experimenten met Klein Zeegras
Naast het onderzoek naar groot zeegras starten dit jaar ook nieuwe experimenten met klein zeegras. Dit onderzoek richt zich op het identificeren van succesfactoren en het zetten van vervolgstappen in het herstelproces. Er wordt geëxperimenteerd met efficiënte methoden voor het hanteren van zeegraszaden en onderzocht hoe beide soorten zeegras elkaar kunnen versterken.
Zaden uit Duitsland en Griend
Voor het herstel van zeegras in de Waddenzee worden ook dit jaar zaden geoogst uit zeegrasvelden in Duitsland. Vanwege een beperkte beschikbaarheid van donormateriaal worden er ongeveer 100.000 zaden gezaaid, een aanzienlijk lager aantal dan in 2024, toen 1 miljoen zaden werden ingezaaid.
Het zeegrasveld bij Griend heeft zich echter goed ontwikkeld, waardoor hier afgelopen jaar ook zaden geoogst en opnieuw gezaaid konden worden. Dit is een belangrijke stap in het duurzaam herstellen van zeegrasvelden en het verkrijgen van ‘eigen’ donormateriaal. Naar verwachting zal in de toekomst een natuurlijke verspreiding van zaden plaatsvinden van het zeegrasveld bij Griend naar Duitsland. Hierdoor draagt het herstel van zeegras niet alleen bij aan de biodiversiteit in de Nederlandse Waddenzee, maar ook aan die van buurlanden.
| Foto: Rijkswaterstaat |